Het ledikant / kinderbedje: veilige slaapplek voor je peuter

Alle kinderbedjes die verkocht worden, moeten aan bepaalde eisen voldoen. Toch blijft het belangrijk om een bedje goed te bekijken voordat je het koop. Dat geldt vooral als je een tweedehands bedje koopt of er zelf een maakt. We noemen de belangrijkste punten waar je op moet letten:

Je kindje moet genoeg ruimte hebben om zich om te draaien

Een veilig kinderbedje heeft de volgende afmetingen:

• Breedte: het bedje is minstens 55 centimeter breed
• Lengte: er is ongeveer 20 centimeter ruimte tussen je kindje en de bovenkant of onderkant van het bedje. 

Als het bedje zijkanten met spijlen heeft, let dan op deze punten

• De zijkanten van het bedje zijn minimaal 60 cm hoog vanaf de bedbodem.
• Er zit 4,5 tot 6,5 centimeter ruimte tussen de spijlen van het bedje (net als in een box). Als de ruimte groter is, kan je kind tussen de spijlen doorglijden. Het is belangrijk dat de spijlen doorlopen tot de bodem. Anders kan je kind er makkelijk op klimmen en uit bed vallen.
• Het is handig als je een van de zijkanten kunt wegklappen. Let erop dat deze zijkant een kinderveilige sluiting heeft. Zo’n sluiting open je door twee dingen tegelijk te doen, bijvoorbeeld een knopje indrukken en draaien. Voor een kind is dit heel moeilijk.
• Er zijn bedjes te koop waarvan je de spijlen kunt verwijderen. Dat is handig als je kind groter wordt en zelf in bed wil stappen. Let erop dat je kind de spijlen niet zelf kan verwijderen.
  

Let op de afwerking van een kinderbedje

• Een houten ledikant mag geen splinters hebben. Een harde houtsoort is het veiligst, bijvoorbeeld beukenhout.
• Let erop dat de verschillende onderdelen van het bedje stevig met elkaar verbonden zijn.
• Het ledikant is glad afgewerkt zonder gevaarlijke uitsteeksels, punten, scherpe randen of schroeven.
• Op de bovenkant van het bedje mag niets zitten waar een kind makkelijk aan kan blijven haken, zoals knoppen.

Let op de bodem van een kinderbedje

• De bodem bestaat meestal uit latten of een hardboardplaat met gaten. Een lattenbodem is het beste omdat deze bodem meer lucht doorlaat.
• De bodem mag niet doorzakken. Controleer bij een verstelbare bodem of je de bodem goed kunt vastzetten.

Je kind groeit snel. Voor je het weet, klimt je kind zelf uit bed. Voorkom ongelukken door daar alvast rekening mee te houden:

• Bij veel kinderbedjes kun je de bodem verstellen. Kan je kind zichzelf omrollen? Zet dan de bedbodem op een stand met minimaal 20 centimeter tussen de bovenkant van het matras en de bovenkant van het bed. Kan je kind al zitten? Zet dan de bodem op de laagste stand (minimaal 55 centimeter tussen de bovenkant van het matras en de bovenkant van het bed).
• Zorg dat er geen zachte materialen in het bedje liggen, zoals kussens of knuffels. Je kind kan hier tegenaan rollen en in ademnood komen. Gebruik pas een kussen als je kind in een groot bed gaat slapen.
• Hang een babymobiel hoog, zodat je kind er niet bij kan. Een mobiel is om naar te kijken en niet om mee te spelen.
• Als je kind iets ouder is kan het uit het bedje op bijvoorbeeld de vensterbank klimmen. Zet het bedje dus niet bij het raam. Zo voorkom je een val van de vensterbank of erger nog: een val uit het raam.
• Zet het bedje niet bij de verwarming. Als je dit wel doet, kan je kind het te warm krijgen of zich eraan branden.
• Zet het bedje niet in de buurt van gordijnen, touwen, koorden of snoeren waarin je kind vast kan komen te zitten.